Gemeente Voeren - Natuurlijk rustig!

‘s-Gravenvoeren

In ’s-Gravenvoeren, het grootste van alle dorpen, stroomt de Voer dwars door het dorp. Het is één van de drie dorpen die “Voer” in zijn naam draagt. De inwoners aan de andere kant van de bedding kunnen hun huizen dan ook enkel bereiken over de talrijke bruggetjes die zij en hun voorouders bouwden. Oude foto’s leren ons echter dat de Voer in het begin van de vorige eeuw nog op “grondniveau” door het dorp stroomde. Het lint langs de Voer is een woongebied met cultuur esthetische waarde. De Voer wordt in ’s-Gravenvoeren gevoed door de Noorbeek (zelfde naam als het Nederlandse dorp waar ze ontspringt) en de Beek, binnenstromend vanuit Wallonië.

De eerste gouverneur van Belgisch-Limburg, de Schiervel, was een Voerenaar. Zijn familiegraf vind je nog altijd naast de kerk van ’s-Gravenvoeren. Het is de bedoeling van het bestuur om dit te restaureren. Het is ook dit dorp dat tekende voor het huidige wapenschild van heel Voeren.

Als je in ‘s-Gravenvoeren het vernieuwde kerkplein (der Pley) bezoekt, dan vallen je zeker de reeks arduinen grafkruisen op die langs de kerkmuur geplaatst werden. Ze zijn restanten van het oude kerkhof dat voor de kerk lag. De kerk werd gebouwd in de 18de eeuw. De toren dateert al uit de 14de eeuw.

Vlakbij “der Pley” ligt het rustieke (maar toch toeristisch levende) oudste dorpspleintje van Kinkenberg met de Onze-Lieve-Vrouwekapel uit 1715.

Kapellen en kruisen vind je in heel Voeren trouwens aan ongeveer elke kruising van wegen. Ze zijn vaak eeuwen oud en hebben niet enkel een devote, maar ook een historische waarde. Eén van die kapellen, en zeker een van de bekendste, is de Steenboskapel in ’s-Gravenvoeren bij het gehucht Schophem. Voormalig burgemeester Delvaux legde in 1846 de resten van een Romeinse villa bloot en daarmee bouwde hij deze kapel.

’s-Gravenvoeren was op zijn minst ook een trefpunt voor vele Karolingers. Karel de Grote reisde veel en zijn twee standplaatsen waren Herstal en Aken. Voeren ligt daar tussenin. Een legende zegt zelfs dat het mogelijk is dat de moeder van Karel net voor (tijdens?) zijn geboorte vooral in Voeren verbleef.

Wat heel zeker is, is dat het Verdrag van Verdun, waardoor het grote Europese rijk van Karel verdeeld werd onder zijn kleinzonen, vele neven- of bijverdragen had die een en ander moesten bijstellen. De bekendste zijn die van Ribémont en Meersen. Een vervolg daarop is het Verdrag van Voeren geweest.

In ’s-Gravenvoeren heb je nog twee bewoonde kastelen: Altenbroek (midden in natuurgebied) en Ottegraven, dat als het ware de overgang vormt tussen deze deelgemeente en Sint-Martens-Voeren.

In het provinciaal structuurplan kreeg dit dorp, ondanks het feit dat het niet aan alle inwonersnormen kan voldoen, toch het statuut van hoofddorp. Het is dus vooral in
’s-Gravenvoeren dat diensten, KMO, bewoning en andere maatschappelijke noodzaken ontwikkeld moeten worden volgens onze overheden.